Artikel uit Deventer Dagblad 14-03-2002

Maatregelen voor behoud kwetsbare vogelpopulaties

van een onzer verslaggevers 

ZWOLLE - 14 MAART 2002 - Als het aan de provincie Overijssel ligt mogen vossen, zwarte kraaien en eksters worden afgeschoten op plaatsen waar zij een bedreiging vormen voor kwetsbare vogelsoorten. Daarbij gaat het met name om korhoenders - waarvan de enige (mogelijk) levensvatbare populatie voorkomt op de Sallandse Heuvelrug - en weidevogels als kievit, grutto, wulp en tureluur. 

De mogelijkheid om bepaalde diersoorten af te schieten is opgenomen in de nota ’Beleidsregels Faunabeheer’, de provinciale uitwerking van de nieuwe Flora- en Faunawet. Volgens de provincie staat vast dat vossen, zwarte kraaien en eksters ’een merkbare invloed kunnen hebben op de populaties van weidevogels en andere bodembroeders. In de IJsseldelta en in Noord-West-Overijssel neemt de weidevogelstand sterk af door de vos." 

De nota van de provincie sluit aan op de visie van Kees Bos van het Natuurdiorama in Holten. Bos stelt al jaren dat het onmogelijk is om het korhoen voor uitsterven - althans in Nederland - te behoeden zonder de genoemde predatoren ’aan te pakken’. 
De nieuwe Overijsselse regels maken ook afschot mogelijk van edelhert, damhert, ree en wild zwijn als er sprake is van ziekte, gebrek of onnodig lijden. 

Schade
In geval van schade door konijnen of vossen op sportvelden of industrieterreinen behoort afschot eveneens tot de mogelijkheden. Voorwaarde is wel dat alle denkbare preventieve maatregelen moeten zijn getroffen. 
Meer in het algemeen kan vrijstelling/ontheffing van het algemene uitgangspunt - dieren mogen niet worden verstoord of gedood - worden verleend als sprake is van ’veelvuldige en belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, bedrijfsmatige visserij en wateren, veroorzaakt door bosmuis, brandgans, ekster, grauwe gans, haas, holenduif, huismus, kauw, kleine rietgaans, knobbelzwaan, kolgans, meerkoet, rietgans, ringmus, roek, rotgans, smient, spreeuw, veldmuis, wilde eend en zwarte kraai’. 

Faunabeheerplan
In de nieuwe regels van de provincie is een belangrijke rol weggelegd voor faunabeheerseenheden, die zijn te vergelijken met de bestaande wildbeheereenheden. Zij moeten een faunabeheerplan opstellen waarin wordt aangegeven welk beheer zal worden gevoerd voor wat betreft dieren die gevangen en/of gedood mogen worden in het kader van beheer van dierpopulaties of bestrijding van schade. In het faunabeheerplan moet in elk geval het beleid/beheer voor wat betreft edelhert, damhert, wild zwijn, ree, vos, haas, fazant, wilde eend, overzomerende grauwe gans, knobbelzwaan, roek, zwarte kraai en ekster worden opgenomen. 

Volgens de nieuwe Flora- en Faunawet mag nog slechts - gedurende een deel van het jaar - op vijf soorten wild (konijn, haas, fazant, houtduif en wilde eend) worden gejaagd. De patrijs blijft buiten schot zo lang deze soort nog op de zogenoemde rode lijst (van zeldzame diersoorten) staat. Op dit moment mag er nog op zestien wildsoorten worden gejaagd. 

Uitvloeisel van de nieuwe wet is ook dat het verboden is om kievitseieren te rapen. Zoeken van eieren in het kader van (na)zorg wordt daarentegen juist gestimuleerd